Sloten, gelegen in het licht glooiende Gaasterland en de kleinste van de Friese Elfsteden. Als je Sloten binnenwandelt, zul je het niet direct opmerken … Eigenlijk moet je een rondvlucht boven de kleinste Elfstedenstad maken om te kunnen zien dat Sloten een echte uienstad (‘sipelstêd’) is. Sloten is namelijk gebouwd in de vorm van een ui. Om die unieke bouw en naam eer aan te doen, vindt er jaarlijks de zogeheten ‘Sipelsneon’ plaats, uienzaterdag dus. Sloten ontstond in de dertiende eeuw als nederzetting bij een ‘stins’ (een verdedigbaar stenen woonhuis) van de familie Van Harinxma thoe Slooten. De stins stond op de kruising van een belangrijke handelsweg tussen de Duitse stad Bentheim en de Friese stad Stavoren. Die ligging zorgde voor een goede welvaart en had een grote aantrekkingskracht op vele mensen die zich graag in deze nederzetting wilden vestigen. Op een oorkonde uit 1426 wordt Sloten al een stad genoemd. In de middeleeuwen werd Sloten een grote en belangrijke handelsstad. Bijzonder aan de stad Sloten is ook de oorspronkelijke omwalling. Deze is vrijwel geheel bewaard gebleven. Daarmee is de oorspronkelijke structuur van Sloten nog steeds zichtbaar: de vorm van een ui. De vestingstad werd ontwerpen en gebouwd door Menno van Coehoorn. Hij was in die tijd een bekende vestingbouwer. Hij werkte onder meer mee aan de vestingwerken van Zwolle, Nijmegen, Grave, Breda en Bergen op Zoom.
10 oktober 2023